Duurzaamheid in Bedrijf

Zoeken
Sluit dit zoekvak.
CSDDD verplicht grote onder­nemingen tot verduurzaming toeleverings­keten
Grote ondernemingen in de Europese Unie krijgen te maken met een richtlijn die ook wel bekendstaat als de ‘anti-wegkijkwet’. Als er bij hun toeleveranciers misstanden aan het licht komen rondom bijvoorbeeld mensenrechten of het milieu, moet de onderneming actie ondernemen om die situatie te verbeteren. Voor mkb’ers in toeleveringsketens is het dus ook opletten geblazen: want kun je bij vragen aantonen dat je je zaakjes op orde hebt?

|

3 juni 2024

De anti-wegkijkwet staat in Europees jargon bekend als de Corporate Sustainability Due Diligence Directive, afgekort CSDDD (of CS3D). Aan de richtlijn wordt al jarenlang gewerkt, maar eind mei 2024 heeft de CSDDD de laatste politieke horde genomen. Dat betekent dat de richtlijn nu echt in werking treedt. Al hebben lidstaten eerst nog tot en met 2026 de tijd om de richtlijn in nationale regelgeving te gieten.

Waar is de CSDDD voor bedoeld?

De CSDDD maakt grote ondernemingen in feite nadrukkelijker verantwoordelijk voor hun eigen productieketen, en zij moeten actief onderzoek doen naar mogelijke misstanden in die keten. Vandaar ook de term ‘due diligence’ in de naam van de richtlijn. De due diligence is een term die ook vaak voorbij komt bij bedrijfsovernames, waarbij de koper eens goed de financiële gegevens van de overnameprooi doorpluist.

De grote ondernemingen krijgen dus een soort ‘ketenzorgplicht’, wat moet leiden tot meer duurzame productieketens. De afgelopen jaren zijn er op dit gebied namelijk flink wat schandalen naar buiten gekomen in toeleveringsketens, waar kinderarbeid plaatsvond of waarbij werknemers in erbarmelijke omstandigheden moesten werken. En ook op milieugebied zijn er de nodige verhalen over toeleveranciers die het niet zo nauw namen met de milieuregels.

Geen garantie

Onder de CSDDD moeten grote ondernemingen dus veel alerter zijn op dergelijke misstanden bij leveranciers en andere zakenpartners. De richtlijn schrijft voor dat ondernemingen misstanden op het gebied van mensenrechten en milieuvervuiling moeten opsporen, en waar nodig voorkomen, de negatieve gevolgen moeten beperken of helemaal wegnemen.

Tegelijkertijd eist de richtlijn niet van ondernemingen dat zij garanderen dat de misstanden ook gestaakt worden of nooit meer zullen voorkomen. De grote bedrijven moeten zich dus wel inspannen om eventuele misstanden in kaart te brengen en de gevolgen te beperken, maar ze zijn niet meteen in overtreding als er ergens misstanden opduiken.

Traceerbare onderdelen, screenen leveranciers

Om te voldoen aan de CSDDD moeten de grote ondernemingen flink wat stappen doorlopen. Zo moet er beleid komen over hoe het bedrijf verantwoordelijk omgaat met mens en milieu, dat ook up-to-date gehouden wordt én gemonitord. De lidstaten moeten de ondernemingen hierbij helpen, door websites op te zetten met informatie over hun rapportageverplichtingen.

Verder moeten de ondernemingen dus een plan van aanpak maken voor het opsporen van misstanden, en geconstateerde misstanden ook proberen aan te pakken. Het doorlichten van de keten kan eigenlijk alleen door de herkomst van de onderdelen na te pluizen en leveranciers te screenen.

De ondernemingen die onder de CSDDD vallen zullen dus moeten zorgen dat de onderdelen traceerbaar zijn en eventueel investeren in leveranciers, zodat die hun bedrijfsvoering kunnen verbeteren. Mogelijk moeten er ook contracten aangepast worden, zodat de nieuwe eisen van de CSDDD daar nadrukkelijker in terugkomen.

Boetes en juridische acties mogelijk

Het niet naleven van de verplichtingen uit de CSDDD kan een onderneming uiteindelijk op een boete komen te staan, die kan oplopen tot 5% van de wereldwijde omzet. Maar daarnaast kunnen er ook nadrukkelijk juridische gevolgen zijn. De CSDDD biedt belangengroepen als vakbonden en non-gouvernementele organisaties (ngo’s, bijvoorbeeld Amnesty of het Wereld Natuurfonds) namelijk meer mogelijkheden om op te komen tegen misstanden in de keten.

Zo mag een ngo een rechtszaak voeren namens werknemers die niet goed behandeld worden, als zij dat zelf niet kunnen. Volgens de richtlijn gaat het dan om civielrechtelijke zaken, dus geen strafrechtelijke vervolging van bestuurders. Niettemin kunnen zulke zaken flinke reputatieschade opleveren voor de onderneming in kwestie. Dit lijkt een extra stok achter de deur om werk te maken van het doorlichten van de keten.

CSDDD borduurt voort op CSRD

De CSDDD hangt nauw samen met een andere recent ingevoerde Europese richtlijn met een afkorting: de Corporate Sustainability Reporting Directive, kortweg CSRD (artikel). Ook bij die richtlijn is het idee dat de grote bedrijven zich aan regels moeten gaan houden en dat daardoor uiteindelijk de hele keten verduurzaamt. Maar waar de CSRD vooral gaat over rapporteren, gaat de CSDDD wel een stapje verder.

Ondernemingen mogen het niet laten bij een rapportage, maar moeten ook actie ondernemen en zaken verbeteren. Een deel van de ondernemingen moet volgens de CSDDD zelfs een klimaatplan schrijven, in lijn met het Klimaatakkoord van Parijs uit 2016. Uit dit plan moet duidelijk worden wat de onderneming doet om de temperatuurstijging op aarde te beperken tot maximaal 1,5 graad.

Richtlijn wordt gefaseerd ingevoerd

Wel is de drempel voor welke ondernemingen onder de CSDDD vallen een stuk hoger dan voor de CSRD. Bij die laatste gaat het om ondernemingen die volgens een aantal criteria (zoals een netto-omzet van € 50 miljoen en minstens 250 werknemers) in de categorie ‘groot’ vallen.

Maar de CSDDD geldt pas vanaf een wereldwijde omzet van € 450 miljoen en minstens 1.000 werknemers. Ook zijn deze minimumgrenzen pas over een paar jaar bereikt. De CSDDD wordt namelijk (net als de CSRD) geleidelijk aan ingevoerd. De regels gelden:

  • vanaf 2027 voor ondernemingen met meer dan 5.000 werknemers en een totale omzet van meer dan € 1,5 miljard.
  • vanaf 2028 voor ondernemingen met meer dan 3.000 werknemers en een omzet boven de € 900 miljoen.
  • vanaf 2029 voor ondernemingen met meer dan 1.000 werknemers en een omzet van meer dan € 450 miljoen.

Wat zijn de gevolgen voor het mkb?

Al met al gaat er dus nog best wel wat tijd overheen voordat de CSDDD echt op volle sterkte van kracht is. Maar voldoen aan de richtlijn vraagt óók een boel uitzoekwerk en speurwerk van grote ondernemingen. Zeker omdat leveranciers in de regel niet bepaald te koop lopen met misstanden.

Verder gaat de CSDDD niet alleen over het proces voor het maken van een product, maar óók over het deel van de keten daarna. Dus bijvoorbeeld het opslagbedrijf en de distributeur moeten ook worden meegenomen in de analyse. En daar komen dus de mkb’ers in de keten weer in beeld.

Het kan een bedrijfsrisico zijn als je als ondernemer niet kunt aantonen dat je je zaakjes in de keten op orde hebt. Want in dat geval zou een grote afnemer kunnen vertrekken. Anderzijds biedt het ook kansen voor mkb’ers die voorop lopen: zij komen daardoor mogelijk eerder in de gunst als leverancier.