Duurzaamheid in Bedrijf

Zoeken
Sluit dit zoekvak.
Circulair ondernemen: begin bij het begin
Op de ladder van duurzaam ondernemen is circulair ondernemen eigenlijk de overtreffende trap. Het gaat niet meer over het verminderen van de milieubelasting van de bedrijfsvoering, maar over het volledig circulair maken van je bedrijfsmodel, product of dienst. Grondstoffen worden zo veel mogelijk hergebruikt en je produceert nauwelijks nog afval. De overstap naar circulair ondernemen is ingrijpend en niet makkelijk, maar het kan je ook veel opleveren.

|

9 juli 2024

Momenteel is veel productie nog ‘lineair’: een onderneming haalt overal steeds nieuwe grondstoffen vandaan, zoals metaal, computerchips of aardolie, en maakt daar een product van. Dat product heeft een bepaalde levensduur, en daarna belandt het bij het afval.

In een circulaire economie is de productie zo veel mogelijk een rondgaand proces. Zo wordt de levensduur van producten opgerekt door ze makkelijker repareerbaar te maken, en als het product echt ‘op’ is, worden de onderdelen weer hergebruikt voor een nieuw product.

Circulair ondernemen vraagt veel van ondernemers; het volledig hergebruiken van grondstoffen is tenslotte wel even wat anders dan pakweg een led-lampje indraaien. Maar het levert – ook ondernemers – belangrijke voordelen op. Zo maakt een circulaire bedrijfsvoering de afvalberg fiks kleiner, maar hebben ondernemers ook minder last van schaarste aan grondstoffen of lange levertijden.

De kringloop sluiten

Circulair ondernemen is een veelomvattend fenomeen, en daarom schetst dit artikel vooral een globaal overzicht van de aandachtspunten voor ondernemers. Om te beginnen wat theorie, die in veel uitleg over de circulaire economie terugkomt. Volgens die theorie draait het om deze processen:

  • Narrow the loop: de keten versmallen door zo minder nieuwe grondstoffen te gebruiken.
  • Slow the loop: de vraag naar nieuwe grondstoffen vertragen door producten langer en intensiever te gebruiken.
  • Close the loop: grondstoffen na gebruik weer zo goed mogelijk opnieuw inzetten en zo de kringloop rondmaken. Alleen grondstoffen die niet herbruikbaar zijn, worden verbrand of belanden op de stort.

 

Daarnaast komt ook nog wel de term ‘intensify the loop’ terug. Dat komt neer op: meer mensen toegang geven tot dezelfde hoeveelheid producten, bijvoorbeeld met een abonnementsvorm in plaats van eigendom. Ook is er nog sprake van ‘regenerate the loop’, wat draait om het vervangen van ‘eindige’ grondstoffen door hernieuwbare grondstoffen.

Strategieën voor circulair ondernemen

Deze ontwikkelingen zijn ook weer op te splitsen in verschillende strategieën die ondernemers kunnen hanteren. Die indeling staat bekend als de R-ladder, en die bevat een hele trits Engelse termen. De strategieën die het hoogst op de ladder staan (R1) besparen de meeste grondstoffen. Het gaat om:

  • R1 – Refuse en rethink: afzien van producten of materialen die eigenlijk niet nodig zijn voor de productie, of producten intensiever gebruiken door ze te delen of te huren.
  • R2 – Reduce: efficiënter (dus met minder grondstoffen) maken van producten, of producten efficiënter maken in het gebruik.
  • R3 – Re-use: producten hergebruiken, bijvoorbeeld afgedankte producten die nog goed zijn een tweede leven geven (in dezelfde functie).
  • R4 – Repair en remanufacture: reparatie van producten en hergebruik van onderdelen van producten voor nieuwe producten met dezelfde functie. Maar ook de ‘R-en’ van refurbish en zelfs repurpose. Dit draait dus allemaal om opknappen, reviseren en hele andere nieuwe producten maken van oude onderdelen.
  • R5 – Recycling: materialen hergebruiken of verwerken tot grondstoffen met dezelfde (of mindere) kwaliteit dan de oorspronkelijke grondstof.
  • R6 – Recover: energie terugwinnen uit (verbranding van) materialen.

Tandpasta en vogelhuisjes

De R-strategieën geven wel een beeld van waar je als ondernemer aan zou kunnen denken bij circulair ondernemen. Maar theorie is – zoals zo vaak – iets heel anders dan praktijk. De overstap is iets van de lange adem, en het punt is ook: je kunt niet zomaar terug.

Gelukkig is er online ook genoeg bemoedigende inspiratie te vinden (bijvoorbeeld bij platform Circo). Neem producten die de hoeveelheid verpakkingsmateriaal terugdringen, zoals tandpasta-tabletten (in plaats van vloeibare tandpasta in een plastic tube) en shampoo-bars (shampoo als een vast stuk zeep in plaats van vloeibaar in een flacon).

Ook zijn er totaal nieuwe businessmodellen die zijn gebaseerd op circulaire principes. Zo zijn er ondernemingen die alleen maar ‘refurbished producten’ verkopen. Of ondernemingen die zich richten op zogeheten ‘upcycling’, bijvoorbeeld door van afvalproducten nieuwe, hippe spullen te maken. Denk aan de opschrijfboekjes of vogelhuisjes die worden gemaakt van oude gele informatieborden van de NS. En afgedankte treinbekleding wordt verwerkt in sneakers of meditatiekussens.

Meer grip op de productieketen

Nadenken over circulair ondernemen kan dus ook nieuwe bedrijfsinspiratie opleveren en eventueel nieuwe markten aanboren. Ook kan het voor sommige klanten een pluspunt zijn dat je onderneming circulair is. Daarnaast is een vaak aangehaald voordeel dat je meer grip krijgt op het productieproces.

Omdat je afgedankte grondstoffen zo veel mogelijk weer inzet voor nieuwe producten, moet dat meer zekerheid opleveren voor de bedrijfsvoering. Je bent immers minder afhankelijk van leveranciers, en het kan ook schelen in de kosten. Tegelijkertijd gebiedt de eerlijkheid te zeggen dat het een flinke puzzel is voordat je zover bent.

Keten in kaart brengen

In het begin draait het bij circulair ondernemen ook voor een deel om een andere manier van denken. Want een productieproces is vaak in de loop der jaren gegroeid, en ook vaak gedreven door productiekosten. Om dat circulair te maken, is een heel andere benadering nodig.

Een goede eerste stap is uiteraard het in kaart brengen van de keten. Welke grondstoffen zitten er allemaal in mijn product en waar komen die vandaan? Zijn die grondstoffen allemaal nodig, zijn er duurzamere alternatieven? En: hoeveel afval produceer ik en waar gaat dat afval heen?

Als je de nulmeting hebt, kun je vervolgens het veranderproces opknippen in kleine stapjes. Het stappenplan op het platform ‘Ik wil circulair inkopen’ raadt bijvoorbeeld aan om na het in kaart brengen een nieuwe circulaire keten uit te tekenen. Die gebruik je dan als basis voor gesprekken met toeleveranciers. Kunnen zij bijvoorbeeld een duurzamere verpakking leveren? Of meer vervangbare onderdelen?

Zijn apparaten te repareren?

Een voorbeeld van een relatief eenvoudige stap die je kunt nemen, is beter letten op de ‘repareerbaarheid’ van producten die je gebruikt in je bedrijf. Want bijvoorbeeld lang niet elke laptop of smartphone is even makkelijk te repareren als ze het niet meer doen. Terwijl: als het vervangen van een onderdeel makkelijk is, kan dat de levensduur van het apparaat flink verlengen. En dat scheelt afval.

Een mogelijk startpunt voor je zoektocht naar apparaten is het onderzoek van iFixit, een bedrijf dat scores geeft voor de repareerbaarheid van apparaten.

Regelgeving stuurt op circulair ondernemen

Het moet gezegd: helemaal vrijblijvend is de overgang naar circulair ondernemen niet. Nederland heeft bijvoorbeeld de ambitie om in 2050 volledig circulair te zijn, en daar wordt ook met regelgeving op gestuurd. Ook uit Europa komen regels. Denk bijvoorbeeld aan het verbod op plastic voor eenmalig gebruik, zoals rietjes en plastic bestek.

En mogelijk komt er nog wel meer aan, want bijvoorbeeld het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) signaleert in een tweejaarlijks onderzoek (pdf) dat de ontwikkeling richting circulair ondernemen niet snel genoeg gaat. En dat er meer ‘drang en dwang’ nodig is.

In hetzelfde onderzoek concludeert het PBL overigens ook dat wetgeving circulair ondernemen nog in de weg zit én dat de vraag naar circulaire producten onder consumenten (nog) niet heel groot is.

Financiering, fiscaal voordeel en subsidie

Tegelijkertijd doen de overheid en andere organisaties ook hun best om circulaire ondernemers op weg te helpen. Zo kunnen ondernemers aankloppen bij het Versnellingshuis, dat hen in contact kan brengen met experts om problemen bij het circulair maken van de bedrijfsvoering op te lossen.

Ook geeft het Versnellingshuis een overzicht van publieke en commerciële financiers voor circulaire projecten waar ondernemers terechtkunnen. Daarnaast komen circulaire technieken in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek (MIA). Daarmee kunnen ondernemers dus een deel van de investeringskosten terugkrijgen als fiscaal voordeel.

Daarnaast is er nog de speciale Subsidie circulaire ketenprojecten, bedoeld voor ondernemers die samen willen werken om hun keten te ‘sluiten’. Helaas was het beschikbare budget voor 2024 al in een paar dagen overtekend. Kennelijk is er toch wel behoefte aan!