|
Voordat je nu meteen deze pagina sluit en de computer uitzet om vooral elektriciteit te besparen: wacht nog even. De wettelijke energiebesparingsplicht geldt alleen voor bedrijfslocaties met een jaarlijks verbruik van meer dan 50.000 kWh elektriciteit of 25.000 m3 gas. Dat zijn dus echt locaties met een fors verbruik.
Ter vergelijking: een gemiddeld huishouden zit volgens Milieu Centraal momenteel op 1.020 m3 gas per jaar en 2.420 kWh elektriciteit. Voor stroom gaat het dus het jaarverbruik van twintig huishoudens. Voor bedrijfspanden verschilt het verbruik uiteraard sterk per branche en bedrijfsactiviteit. Een bakkerij en een sauna verbruiken fiks meer energie dan een doorsnee kantoorpand (zonder datacenter in huis).
Uit een inventarisatie van statistiekbureau CBS blijkt dat er zo’n 100.000 bedrijfsadressen zijn met een verbruik dat boven de grens voor de energiebesparingsplicht zit. Met welke verplichtingen krijgen deze ondernemingen te maken? Allereerst moeten zij alle energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd van 5 jaar of minder nemen. Dat klinkt als een nogal brede opdracht.
Maar om ondernemers niet helemaal te laten zwemmen, heeft de overheid de zogeheten erkende maatregelenlijst (EML) opgesteld. Op die EML staan maatregelen die voor de meeste locaties een terugverdientijd van 5 jaar of minder hebben, onderverdeeld in de categorieën gebouwen, faciliteiten en processen.
Ondernemingen die onder de energiebesparingsplicht vallen, hebben bovendien nog een informatieplicht. Eens in de 4 jaar moeten zij rapporteren over de stand van zaken. Uit die rapportage moet blijken welke maatregelen de onderneming heeft genomen, welke niet, en welke alternatieve maatregelen er zijn genomen (daarbij moet dan overigens volgens een voorgeschreven methode de terugverdientijd zijn vastgesteld). De onderneming dient de rapportage voor de informatieplicht in via het digitale loket van uitvoerder RVO. De rapportage wordt beoordeeld door één van de 28 omgevingsdiensten in ons land.
Naast de energiebesparingsplicht en de informatieplicht kunnen onder meer ondernemingen met een echt hoog verbruik ook nog een onderzoeksplicht hebben. En ‘echt hoog’ wil hier zeggen: een jaarverbruik van minstens 10 miljoen KWh aan elektriciteit of 170.000 m3 gas.
Rondom het thema energiebesparing is er overigens nog een hele reeks mogelijke verplichtingen waar ondernemingen mee te maken kunnen krijgen. Zo is er ook de zogeheten EED-auditplicht, die vanuit Europa wordt opgelegd aan grotere ondernemingen. En voor kantoorpanden met een totale gebruiksoppervlakte van 100 m2 of meer is een energielabel C verplicht gesteld (infographic). Of die plichten voor jouw onderneming gelden, kun je nagaan in de Wetchecker van de RVO.
Terug naar de energiebesparingsplicht en de EML. Voor de duidelijkheid: dit is dus geen uitputtende lijst van álle maatregelen die een ondernemer zou kunnen nemen met een terugverdientijd van 5 jaar of minder. Maar om aan de energiebesparingsplicht te voldoen, is het wat de overheid betreft voldoende om de ingrepen uit de EML uit te voeren die van toepassing zijn voor een onderneming.
Of maatregelen in een categorie op de EML inderdaad ‘van toepassing’ is, verschilt dus per bedrijf. Zo staan er energiebesparende ingrepen op de lijst voor een roltrap, serverruimte of zwembad. Als je onderneming die niet heeft, zijn de maatregelen ook niet van toepassing.
Of een maatregel van toepassing is, kan ook afhangen van de ‘huidige situatie’ in je bedrijfspand. Hebben de muren van je pand geen spouw, dan is spouwmuurisolatie niet van toepassing, zo valt te lezen bij uitvoerder RVO. En zo kunnen er ook redenen zijn waardoor de terugverdientijd van 5 jaar niet gehaald wordt en de maatregel dus niet van toepassing is. Denk aan lampen op het buitenterrein. Die moeten een bepaald aantal uur ‘onnodig’ branden om het monteren van bewegingssensoren rendabel genoeg te maken.
De bewegingssensoren op een buitenterrein zijn maar één van de ruim 150 maatregelen op de EML. De ingrepen zijn verdeeld in drie thema’s:
De meest actuele versie van de EML (uit 2023) vind je hier. De RVO heeft ook een digitale informatiebank waarmee je op onderwerp kunt filteren of kunt zoeken.
De EML is dus een zeer uitgebreide lijst met mogelijke ingrepen, hoewel een deel van de maatregelen vrij specifiek is voor industriële bedrijven. Ook als je onderneming geen energiebesparingsplicht heeft, kan de EML dus inspiratie opleveren om je bedrijfspand te verduurzamen (artikel). Dat geldt overigens ook voor de Energielijst, waar energiebesparende investeringen op staan die in aanmerking komen voor fiscaal voordeel via de energie-investeringsaftrek (artikel).
Om voor kantoorpanden een inschatting te maken van hoe jouw pand het doet in vergelijking met anderen, zou je eens kunnen grasduinen in een rapport (pdf) van onderzoeksinstituut TNO. Zij hebben voor verschillende referentiekantoorpanden uitgerekend wat het elektriciteitsverbruik is. Want het maakt bijvoorbeeld uit of de server voor de ICT inhuizig is of juist extern elektriciteit staat te verbruiken.
Zoals gezegd kunnen de lijsten ook inspiratie opleveren om energie te besparen. Hieronder daarom nog wat algemene tips:
Duurzaamheid in Bedrijf is een onderdeel van Rendement Uitgeverij.
Conradstraat 18
Unit E2.172
3013 AP Rotterdam
info@duurzaamheidinbedrijf.nl
010 – 24 33 9 33
KVK: 27181487
IBAN: NL24 INGB 0006 4159 44
BTW: NL 8079.64.712.B.01
Copyright Rendement Uitgeverij B.V., alle rechten voorbehouden, geen tekst- en datamining.
Gebruik van deze site betekent dat u onze algemene voorwaarden en ons privacy statement accepteert.